GREGG ALLMAN - BACK TO MACON (live)
Album Review
Album:
GREGG ALLMAN - BACK TO MACON (live)
Artist:
Gregg Allman
Record Label:
Rounder Records
Style:
Blues, rock, countryrock
Date:
07/08/2015
Reviewed by:
Walter Vanheuckelom
GREGG ALLMAN - BACK TO MACON (Live)
Gregory LeNoir Allman ofwel Gregg Allman werd geboren op 8 december 1947 in Nashville, Tennessee en is een Amerikaanse muzikant, zanger en songwriter. Gregg Allman is vooral bekend als één van de oprichters van The Allman Brothers. Gregg en zijn broer Duane begonnen in het midden van de jaren zestig met een band, met de naam Allman Joys. In 1967 verhuisden ze naar Los Angeles en veranderden de naam van de band in Hour Glass. Met deze band bracht Gregg twee albums uit voor Liberty Records. In 1969 richtte Gregg samen met Duane, The Allman Brothers Band op, met als thuisbasis Macon, Georgia. Met hun mix van blues, country, rock en zelfs jazz en klassieke muziek groeiden The Allman Brothers Band uit tot één van de belangrijkere rockbands van de jaren zeventig. De doorbraak kwam er met hun derde album 'At Filmore East', een dubbel live album dat uitgroeide tot een klassieker. Succes en tragedie lagen kort bijeen bij The Allman Brothers Band. In 1971 stierf Duane Allman door een motor ongeluk en een jaar later stierf bassist Berry Oakley op dezelfde manier. In 1973 verscheen het succesvolle album 'Brothers And Sisters'. De sound van de band was toen al veranderd naar country rock. In 1974 kwamen er problemen in de band. Gregg Allman en Dickey Betts begonnen beiden een solo carrière, Gregg kwam in de publiciteit door een huwelijk met Cher, en overmatig alcohol- en drugs gebruik zorgden voor wrijvingen binnen de band. In 1976 viel de band uit elkaar, om later een paar keer opnieuw te beginnen en te splitten. Gregg Allman nam een paar solo albums op waarvan het derde 'I'm No Angel' uit 1987 het meeste succes had. Een jaar later was er het album 'Just Before The Bullets Fly', maar dan was het wachten op solo werk van Gregg tot in 1997 het album 'Searching For Simplicity' verscheen. Ondertussen was Gregg nog wel actief geweest bij The Allman Brothers Band. Er verscheen nog één solo album, namelijk 'Low Country Blues' in 2011, vooraleer het dubbel live album 'Back To Macon' verscheen. Het concert werd opgenomen in The Grand Opera House in Macon, Georgia op 14 january 2014. Voor die gelegenheid had Gregg een uitgebreide begeleidings band bij hem met Scott Sharrard op gitaar, Ben Stivers op Keys, Steve Potts op drums, Marc Quinones op percussie, Ron Johnson op bas, Jay Collins, Art Edmaiston en Dennis Marion op de blazers en Devon Allman als speciale gast. Gregg zelf is te horen op het Hammond, de gitaar en de zang. Het resultaat zijn twee cd's vol heerlijke muziek met een subliem geluid.
Op 14 januari 2014 bracht Gregg Allman zijn band naar Macon om er een overweldigend concert te spelen. De omstandigheden waren perfect want de Grand Opera House met zijn duizend zetels is een juweel van een theater dat in 1984 werd gebouwd. Het tweede belangrijk gegeven is de band van Gregg met de stad Macon. Deze stad was de thuisbasis van The Allman Brothers en Gregg heeft op deze plaats veel nummers geschreven. Het concert begint met de Blind Willie McTell cover 'Statesboro Blues'. Greg heeft van dit blues nummer een boogie woogie song van de bovenste plank gemaakt. De lekkere toetsen en de blazers geven het geheel een nog swingender gevoel. De enige hitsingle die Gregg ooit had was 'I'm No Angel' en hoewel het nummer al achtentwintig jaar oud is heeft het nooit beter geklonken dan op dit live album. Geweldige gitaar riffs geven het nummer extra glans, de hele band gaat hier echt voluit. Ook vocaal heeft Gregg nooit beter geklonken. De stemming verschuift helemaal tijdens de jazzy blues ballade 'Queen Of Hearts'. Tijdens de instrumentale gedeeltes met blazers en toetsen wordt het zelfs zeer jazzy. Scott Sharrard levert een prachtige slide partij in ''I Can't Be Satisfied', een cover die de meesten kennen in de versie van Muddy Waters. Ben Stivers is onweerstaanbaar tijdens zijn solo op de piano en ook Marc Quinones levert uitstekend werk op de percussie. Er volgt nog een ontroerende versie van 'These Days' en dan is het tijd voor het funky blues nummer 'Ain't Wastin' Time No More', het eerste nummer dat Gregg schreef nadat zijn broer Duane stierf. Er zijn knappe uitgebreide solo's van de blazers en Scott Sharrard levert erg knap vingerwerk af op de gitaar. Gregg krijgt heerlijke saxofoon klanken en geniaal toetsenwerk als extra begeleiding in Ray Charles zijn 'Brightest Smile In Town'. In het instrumentale 'Hot Lanta' laten de groovemasters, Steve Potts op drums en Ron Johnson op bas, hun geniale klasse horen. Gregg is superieur, met zijn snelle vingers op het Hammond en voor Marc Quinones is een hoofdrol weg gelegd op de percussie. Dit nummer stond al op het Allman Brothers live album 'At Fillmore East' uit 1971. De twin gitaren van toen zijn nu vervangen door de saxofoon, maar het blijft een sterk en opwindend nummer. Het kippenvel moment van het eerste album is ongetwijfeld 'I've Found Love'. Gregg zingt deze Wilson Pickett cover met zeer veel gevoel en hij en zijn muzikanten geven deze song nog wat extra zuidelijke soul en gospel mee. Top nummer.
De blazerssectie voegt een grote dosis R & B toe in 'Do Not Keep Me Wonderin''. 'Before The Bullets Fly' is één van de nummers die Warren Haynes schreef voor de Allman Brothers Band. Gregg heeft er zijn stempel opgedrukt en er een meer funky versie van gemaakt, al blijft de gitaar net als in het origineel verbazen met splijtende riffs. Ben Stivers is weer sterk aanwezig op het keyboard net als Dennis Marion, Jay Collins en Art Edmaistron van de blazer sectie. Gregg Allman begint op de akoestische gitaar aan 'Melissa' en zijn zoon Devon Allman komt met de elektrische gitaar de band versterken. Vader en zoon vullen elkaar goed aan. De dwarsfluit geeft het nummer nog wat extra glans. Scott Sharrard neemt samen met zijn frontman Gregg Allman de vocalen voor zijn rekening in het swampy 'Midnight Rider'. De sound van het orgel doet denken aan Jim Morrison & The Doors. De band duwt het gaspedaal wat verder in voor de rauwe rocker 'Love Like Kerosine'. Dit nummer komt uit Scott Sharrard's album 'Scott Sharrard & The Brickyard Band. Het knappe en fel slagwerk van Steve Potts vormt samen met de pulserende baslijnen van Ron Johnson de basis. Gregg's stem is perfect voor dit soort rauwe uptempo nummers en de gitaar laat weer erg knappe, zinderende riffs horen. Het originele 'Whipping Post' uit de beginjaren van The Allman Brothers is bijna niet meer te herkennen in de rauwe funky blues versie die Gregg en zijn band hier in Macon spelen. De blazers zijn weer erg aanwezig, net als Marc Quinones op percussie. Gregg draagt het nummer op meesterlijke manier op het Hammond B3. De gitaar klinkt met behulp van de pedalen ook lekker rauw. Dit is misschien wel het beste nummer op dit erg sterke album. Als toegift kiest Gregg voor het meer dan elf minuten durende 'One Way Out'. Dit nummer geeft de gelegenheid aan elke muzikant om zich in de schijnwerper met een solo. Wees maar zeker dat Scott, Ben, Steve, Marc, Ron, Jay, Art en Dennis zich van hun beste kant laten horen. Je bekijkt bijgevoegde YouTube filmpje maar eens en dan weet je perfect wat ik bedoel. 'One Way Out' zorgt eveneens voor een waardig slot van een uitstekend concert.
Walter Vanheuckelom