DEAN ZUCCHERO - SONG FOR THE SINNERS

Album Review

Album: 
DEAN ZUCCHERO - SONG FOR THE SINNERS
Artist: 
Dean Zucchero
Record Label: 
Pugnacious Records
Style: 
traditionele blues tot meer soulvolle en retro-geïnspireerde geluiden
Date: 
21/02/2025
Reviewed by: 
Walter Vanheuckelom
DEAN ZUCCHERO - SONG FOR THE SINNERS
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Oorspronkelijk afkomstig uit de straten van East Village, New York City, heeft Zucchero zijn tanden gezet in de bruisende, door de industrie gedreven muziekscene van Manhattan. In 2004 trok Dean Zucchero samen met zijn toenmalige band The Healers naar Europa. In 2013 keerde Dean terug naar de Verenigde Staten en vestigde zich in New Orleans. Hij omarmde hartstochtelijk de rijke bronnen van de Crescent City en speelde heel wat lokale concerten met Little Freddie King, Johnny Sansone, Bruce "Sunpie" Barnes, Mason Ruffner, Mama's Boys en Ghalia Volt, met wie hij genoot van de productie, bas en co-write credits op haar eerste twee albums voor Ruf Records. Minder dan twee jaar na zijn debuutalbum ‘Electric Church For The Spiritually Misguided‘  is bassist, songwriter en producer Dean Zucchero uit New Orleans er weer bij met een verzameling van krachtige en aangrijpende originele muziek. ‘Song For The Sinners’ bevat twaalf meeslepende nummers die allemaal door Zucchero zelf zijn geschreven, gearrangeerd en geproduced. Op muzikaal gebied levert de plaat verleidelijke grooves en melodieën uit verschillende genres uit de jaren 60 en 70, Zucchero's symfonische heiligdom. De songteksten bestrijken een gevarieerd poëtisch landschap, met onderwerpen als het verbreken van de samenlevingsrelatie, nachtmerries vol vadermoord, onenightstands op zaterdagavond, rouwverwerking, romances op de voorpagina, taoïstische onthullingen, geile, alcoholistische vrouwen, zelfmoord en nog veel meer. Een uitgebreide cast van muzikanten en vocalisten, zoals Bobby Rush, Mike Zito, Victor Wainwright, Albert Castiglia, John Németh, Jimmy Vivino, Little Freddie King, John Boutté, Glen David Andrews, Sean Riley, geven het album nog een extra kracht.
 
 
 
 
 
 
 
Het album opent met de stevige bluesrocker 'Biting Trough'. Jimmy Vivino zingt het nummer met veel power en ook op de gitaar haalt Vivino erg knap uit met snedig en pittig snarenwerk. Bassist Dean Zucchero en drummer Michael Leasure zorgen voor de stuwende groove en Johnny Burgin neemt de ritme gitaar voor zijn rekening. Vocaal weet Glen David Andrews de onheilspellende boodschap in 'South Side' met veel overtuiging over te brengen. De uitstekende soulstem van backing zangeres Tiffany Pollack is in dit nummer zijn perfecte soulmate. 'South Side' wordt op gang getrokken door de blazers van The Roadmasters Horn Section, met Tom Fitzpatrick op de saxofoon en Satoru Ohasi op trompet en trombone. Chris Atkins kruidt het nummer met bijtende en vlijmscherpe gitaarvullingen en dito solo. Dean speelt zoals op alle andere songs de basgitaar. Hier vormt hij samen met drummer Terence Higgins de ritmesectie. Het vloeiende 'Lullaby' gaat over donkere zwarte nacht, gepaard met donder, bliksem en demons. Met zijn prachtige rustgevende stem zingt Jerry Dugger dit nummer met zijn seventies invloeden. Bobby Rush is de man van het uitstekende mondharmonicawerk en het sublieme dobro en elektrische gitaarwerk komt van Jake Eckert.  
 
 
 
 
 
 
 
Het gaat er veel vrolijker aan toe in de heel dansbare rock'n roll song 'She's Saturday Night', met toetsenvirtuoos Victor Wainwright in een glansrol. Hij zingt het nummer heel relaks en zijn honky tonky pianospel is een lust voor het oor. De backing vocals komen van Dean Zucchero, Jerry Dugger en Jake Eckert. Over welk meisje het gaat zal je aan Dean Zucchero moeten vragen maar de zaterdagavond was in ieder geval heel geslaagd. De prachtige soulvolle stem van John Boutté komt tenvolle tot zijn recht in de ingetogen slowblues 'Crawfish No More'. John Papa Gros draagt de melodie met zijn warme orgelklanken en gitarist Caleb Tokarska kleurt het nummer met fijne en gevoelvolle gitaarvullingen en dito solo. De eerste single die het album moest promoten is de aanstekelige Southern rocker 'Shine'. Het is een duet dat gezongen wordt door Albert Castiglia en Tiffany Pollack. Met haar uitstekende stem trekt Tiffany a capella 'Shine' op gang. Met Ron Hotstream op de akoestische gitaar, Albert Castiglia op de elektrische gitaar en Jake Eckert met de twangy gitaar is er heel wat gitaarwerk aanwezig, zonder dominant te zijn. 'Shine' is een nummer waar je vrolijk van wordt en dat uitnodigt om te bewegen en mee te zingen. Top nummer.  Met een kerkorgelachtige intro opent John Papa Gros 'Tone Of The City', waarin Mike Zito zingt: Geheime steegjes leiden zeelieden naar de liefde van tedere hertoginnen... Het is een lied voor de zondaars die hun leven alleen leven. Het is geen vrolijk lied en dat hoor je aan de wijze waarop mike Zito het nummer zingt. De weemoedige sfeer wordt nog versterkt door de accordeon van Bruce Sunpie Barnes. 
 
 
 
 
 
 
 
Na 'Tone Of The City' krijgen we met 'Mama's Bottle' een uitstekende NOLA song, met Sean Riley achter de microfoon en op de dobro gitaar. Bassist Dean Zucchero en drummer Matthew Johnson vormen hier de ritmesectie. Tom Worell is het gehele nummer uitstekend en uitdrukkelijk aanwezig met zijn barrelhouse getint pianospel. Verder horen we Waylon Thibodeaux op de fiddle en Washboard Chaz op het wasbord. Vocaal is het duet 'Never Fade Away' misschien wel het paradepaarje op dit album. John Németh en Tiffany Pollack nemen de lead en de backing vocals voor hun rekening. Voor de backing vocals krijgen zij ook nog sublieme ondersteuning van Whitney Alouiscious. 'Never fade Away' heeft dankzij de geweldige baslijn van Dean Zucchero een lichte reggae vibe. John Németh schittert nog met een knappe mondharmonica solo. Met saxofonist Tom Pizpatrick en de twee trombonespelers Satoru Ohasi en Michael Mullins zijn The Roadmasters' Horn Section heel bepalend voor de sound van 'Cold Shot'. Ze blazen de nodige soul en power in de song. Joey Houck zingt het nummer en kruidt 'Cold Shot' met vet en overstuurd gitaarwork. In 'Cold Stone' krijgt Dean Zucchero, drummer Doug Belote als partner in de ritmesectie. 
 
 
 
 
 
 
 
 
Het trieste en mistroostige verhaal van 'Suicide For Jesus' wordt gezongen door Ron Hotstream. Het is een Americana song met alleen Dean Zucchero op bas en Ron Hotstream op akoestische gitaar en zang. Het album wordt afgesloten met 'Fowl Play', volgens de zanger een song over een verloren liefde. Little Freddie King vertelt zijn verhaal meer dan dat hij het zingt. Verder neemt hij ook nog het gitaarwerk voor zijn rekening, al komt het knappe slidewerk wel van Jake Eckert. De nummers op het album 'Song For The Sinners' benadrukken de veelzijdigheid van Zucchero's songwriting en productie. Het album biedt een rijke mix van stijlen en invloeden, van traditionele blues tot meer soulvolle en retro-geïnspireerde geluiden. 'Song For The Sinners' is een album dat zowel de diepgang als de veelzijdigheid van Dean Zucchero als artiest benadrukt. Met zijn doordachte teksten, sterke muzikale composities en de samenwerking met een indrukwekkende lijst gastartiesten, is dit album een waardevolle aanvulling op de hedendaagse bluesmuziek. (8/10)
 
 
 
 
 
 
Walter Vanheuckelom
 
 
 
 
 
 
01. Biting Trough
02. South Side
03. Lullaby
04. She's Saturday Night
05. Crawfish No More
06. Shine
07. Tone Of The City
08. Mama's Bottle
09. Never Fade Away
10. Cold Shot
11. Suicide For Jesus
12. Fowl Play