PAUL OSCHER - COOL CAT

Album Review

Album: 
PAUL OSCHER - COOL CAT
Artist: 
Paul Oscher
Record Label: 
Blues Fidelity Recordings
Style: 
Blues
Date: 
19/10/2018
Reviewed by: 
Walter Vanheuckelom
PAUL OSCHER - COOL CAT
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Paul Oscher is een blueslegende. Hij is een blueszanger en multi instrumentalist (mondharmonica, gitaar en piano), die al in zijn tienerjaren het eerste Kaukasisch lid van de geweldige Muddy Waters Blues Band (1967-1971) werd. Paul woonde in Muddy's huis aan de zuidkant van Chicago en deelde de kelder met bluespianist Otis Spann. Paul speelde in het Chitlin' Circuit en nam met Muddy op voor de legendarische Chess Records Company. Hij reisde de wereld rond met Muddy. Naast Muddy heeft hij opgetreden en/of opgenomen met T-Bone Walker, Otis Spann, John Lee Hooker, Buddy Guy, Johnny Young, Johnny CopeIand, Big Joe Turner, Louisiana Red, Big Mama Thornton, Victoria Spivey en vele anderen. Als harpspeler van Muddy Waters inspireerde Paul Oscher een hele generatie bluesmondharmonica spelers, waaronder Rick Estrin, Jerry Portnoy, Paul Delay en William Clark. Paul leerde de blues van de grote meesters en hij speelt die blues al meer dan vijftig jaar. Paul zong en speelde harmonica en gitaar op het door Hubert Sumlin genomineerde album 'About Them Shoes'. Keith Richards, Eric Clapton en Levon Helm waren andere muzikanten op dat album. In 2006 werkte hij samen met Mos Def en nam hij het nummer 'Bed Stuy Parade And Funeral March' op voor Mos Def's album 'New Danger'. Hij nam met Keb Mo 'Who Do You Love' op in 2008, dit nummer was de soundtrack van een film over de blues. Hij nam ook Keb Mo's 'Suitcase Album' op. Paul heeft twee Handy Blues Music Awards gewonnen en heeft negen Blues Music Award nominaties. Zijn laatste album 'Bet On The Blues' werd genomineerd voor drie Blues Music Awards. Paul Oscher woont in Austin, Texas waar hij, wanneer hij niet op pad is, wekelijks een optreden heeft met zijn Austin All Star Six Piece Blues Band in C'boys Heart and Soul, de nummer één club in Austin en de residentie van Paul. Op 29 oktober 2018 verscheen met 'Cool Cat' een nieuw album van Paul Oscher, met daarop dertien songs. Er staat één cover op het album en de rest werd allemaal door Paul zelf geschreven.
 
 
 
 
 
 
In de intro van 'Money Makin' Woman' krijgen we alleen de stem en het pianospel van Paul Oscher te horen. Eenmaal de andere instrumenten hun intrede doen krijgen we klassiek NOLA nummer, dat gekruid wordt met heerlijk pianowerk van Paul. Bassist John Ace en drummer Russell Lee zorgen voor een heel aanstekelige groove. Na zijn korte piano solo roept Paul dat ze naar New Orleans gaan en dat is het startsein voor heerlijke saxsolo's van Eric Burnhardt op bariton sax en Tom Robinson op tenor sax. Met dezelfde muzikanten begint Paul aan de old school blues ballade 'Blues And Trouble'. Met een barrelhouse intro op de piano trekt Paul het nummer op gang. In het instrumentaal gedeelte krijgen we weer spetterend saxofoon werk te horen en even later haalt ook gitarist Mick Schermer op een verschroeiende wijze uit op zijn sixstring. Het spelen bij blueslegende Muddy Waters heeft duidelijk zijn sporen nagelaten bij Paul Oscher, want het nummer heeft een Muddy Waters achtige groove. Het bluesy 'Hide Out Baby' heeft een heerlijk loom swingende groove. Hier horen we multi instrumentalist Paul Oscher op gitaar en de mondharmonica en met dit laatste instrument verwent hij ons tijdens een lange en leuke solo. Dat hij de mondharmonica volledig beheerst kunnen we horen in de Chicago bluessong 'Work That Stuff'. In dit aanstekelige nummer heeft Paul het over enkele interessante vrouwen en met hen gaat hij zelfs een discussie aan met zijn mondharmonica. Gewoonweg grandioos. Ook de uitstekende baslijn van Johnny Ace mogen we niet vergeten, want deze is heel bepalend in deze song. De enige cover op het album is 'Rollin' And Thumblin'' en het is een eerbetoon aan zijn vroegere werkgever en mentor Muddy Waters. Het is een aardige versie van deze klassieker, waarin Paul Oscher toch redelijk kort bij het origineel blijft. Buiten drummer Russell Lee zijn het allemaal andere muzikanten op deze 'Rollin' And Thumblin'', namelijk Sarah Brown op bas, Mike Keller op gitaar en de backing vocals zijn van Sunny Lowdown en Jeremy Dowden.
 
 
 
 
 
 
De titeltrack 'Cool Cat' bestaat eigenlijk uit drie delen, namelijk 'Cool Cat Prologue', 'Cool Cat (Jazz Quartet)' en 'Cool Cat (R&B) Long Version'. In de tijd dat Paul Oscher nog in het huis van Muddy Waters in Zuid Chicago woonde, passeerde daar elke dag een dakloze straatmuzikant samen met zijn kat. Die kat had een touw rond haar halsband en het andere eind van dat touw was vastgebonden rond het middel van de man. 'Cool Cat' was de naam van de kat en de inspiratiebron voor Paul om dit nummer te schrijven. In 'Cool Cat Prologue' legt Paul in een grappige monoloog uit wie 'Cool Cat' was. Het is een interessante benadering en het is net of hij het nummer voorstelt aan het publiek tijdens een concert. In 'Cool Cat (Jazz Quartet)' krijgen we dan een jazzy instrumentale versie van de song. Deze jazz versie wordt weer met een heel andere bezetting gespeeld, namelijk met Paul Oscher op de piano, Chris Alcaraz op bas, Ernie Durawa op drums en Tomas Ramirez op tenor saxofoon. De derde versie is de afsluiter 'Cool Cat (R&B) Long Version'. Het is met meer dan negen minuten het langste nummer op het album. In dit lange piano gedreven nummer is er natuurlijk ook plaats voor wat solo werk, zo mag bassiste Sarah Brown zich tweemaal in de spotlights spelen met een uitstekende solo. Ook drummer Russell Lee krijgt zijn moment van glorie met een korte drumsolo en dat is wel verrassend want de rest het slagwerk in dit nummer wordt door June Core gespeeld. De outro is sexy en stijlvol met zangeres Lisa Leuschner die met zwoele soulvolle stem een paar maal cool cat, he's a cool cat komt zingen. Mooie afsluiter van het album.
 
 
 
 
 
 
Russell Lee neemt het vocale gedeelte van de volgende twee nummers voor zijn rekening. Het eerste 'Mississippi Poem' is een gesproken verhaal van dertig seconden en is eigenlijk de aankondiging van het Delta blues nummer 'Ain't That A Man', een ode aan harpvirtuoos en blueslegende James Cotton. Russel Lee zingt niet, maar hij vertelt het levensverhaal van James Cotton. Hierbij krijgt hij een sobere instrumentale begeleiding van Paul Oscher op gitaar en Mike Keller op bas. De negenentachtigjarige Miss Lavelle White bezit nog een prachtige en krachtige stem en ze maakt van het pompende bluesnummer 'Dirty Dealin Mama' een geweldige song. In de hilarische tekst die verwijst naar haar pikante uitspattingen legt ze uit aan haar man waarom ze de hele nacht weggebleven is en waar ze geweest is. Paul Oscher is grandioos op de piano en Tom Robinson blaast op de tenor saxofoon de woorden van Miss Lavelle nog wat kracht bij. Voor het instrumentale 'On The Edge' doet Paul weer beroep op zijn jazz kwartet met Paul Oscher op de piano, Chris Alcaraz op bas, Ernie Durawa op drums en Tomas Ramirez op tenor saxofoon. Drummer Ernie Durawa neemt de prachtige intro voor zijn rekening met een erg knap slagwerk, waarna de tenor saxofoon van Tomas Ramirez op een wondermooie wijze invalt. Bassist Chris Alcaraz is uitdrukkelijk aanwezig met een knappe vloeiende baslijn en Paul zelf etaleert nogmaals zijn klasse op de piano in dit amper twee minuten durende nummer. 'Poor Man Blues' is een typische bluessong die erg knap gezongen wordt door drummer Russell Lee; De saxofonisten Eric Burnhardt en Tom Robinson zijn heel de song uitstekend aanwezig en voegen de nodige soul toe. 'Cool Cat' van Paul Oscher is een uitstekend blues album, met sterke songs en prima muzikanten. (8/10)
 
 
 
Walter Vanheuckelom
 
 
 
 
01. Money Makin’ Woman
02. Blues And Trouble
03. Hide Out Baby
04. Work That Stuff
05. Rollin’ And Tumblin’
06. Cool Cat (R&B) Prologue
07. Cool Cat (Jazz Quartet)
08. Mississippi Poem
09. Ain’t That A Man (Dedicated To Mr. Cotton)
10. Dirty Dealin’ Mama
11. On The Edge (Jazz Quartet)
12. Poor Man Blues
13. Cool Cat (R&B) (Long Version)
 
 
 
Paul Oscher – piano, tamboerijn, harmonica, gitaar (track 3,5,9,10), zang (track 1,2,3,4,5,6,7,11)
Johnny Ace – bas (track 1,2,3,4,12)
Sarah Brown – bas (track 5,10,13)
Chris Alcaraz – bas (track 7,11)
Kid Andersen – bas (track 13)
Russell Lee – drums (track 1,2,3,4,5,10,12), drumsolo (track 13), zang (track 8,9,12)
Ernie Durawa – drums (track 7,11)
June Core – drums (track 13)
Mick Schermer – gitaar (track 1,2,3,4,12)
Mike Keller – gitaar (track 5,10,13), bas (track 9)
Eric Burnhardt – bariton sax (track 1,2,4,12)
Tom Robinson – tenor sax (track 1,2,10,12,13)
Tomas Ramirez – tenor sax (track 7,11)
Sunny Lowdown – backing vocals (track 5)
Jeremy Dowden – backing vocals (track 5)
Miss Lavelle White – zang (track 10)
Lisa Leuschner – zang (track 13)